Jiska: “Binnen no time gingen letterlijk alle deuren open”

Dat je als kerk je deuren graag voor iedereen openstelt, heeft de Kruispunt Kerk in Vathorst wel héél letterlijk genomen. De afgelopen weken bood deze kerkelijke gemeente onderdak aan 40 vluchtelingen afkomstig uit Ter Apel, die daar niet langer terecht konden. Gemeentelid Jiska van Dorsen was nauw betrokken bij dit initiatief en vertelt hoe deze opvang in de kerk tot stand is gekomen.

Jiska: “Begin september ontvingen wij een oproep van Stichting Inlia, een netwerkorganisatie van en voor geloofsgemeenschappen die asielzoekers en vluchtelingen in nood helpen, om onze deuren open te stellen voor de opvang van vluchtelingen. In het noorden van het land werden al kerken ingezet om mensen op te vangen, en de ervaringen waren positief. Volgens Inlia ‘landen’ de mensen die worden opgevangen in kerken relatief beter in Nederland, omdat er veel persoonlijke aandacht voor hen is. Het bestuur uit onze eigen kerk stelde daarop een werkgroep in om te kijken wat de mogelijkheden waren in de Kruispunt kerk. Toen ging het snel: op donderdag belden wij met Stichting Inlia, op vrijdag kregen we akkoord om 40 mensen op te vangen, met als doel ze dinsdag al te huisvesten. Uiteraard wilden alles wel goed regelen, dus hebben we direct de gemeente Amersfoort en de plaatselijke bewoners aangehaakt. De gemeente was enthousiast over ons plan en koppelde ons aan de juiste mensen; zo heeft de Veiligheidsregio Utrecht de beveiliging geregeld.

Binnen een halfuur geregeld
Dat weekend hebben we hard gewerkt om ons kerkgebouw om te bouwen tot een crisisnoodopvang locatie. Op de begane grond van onze kerk is een grote ruimte waar de zondagse diensten plaatsvinden. De bovenverdieping bestaat uit vier ruimtes en een jeugdhonk. We kozen ervoor om de bovenverdieping helemaal te richten op de opvang. We hebben hier twee slaapzalen voor de mannen van gemaakt, één voor de vrouwen en kinderen en daarnaast nog een soort woonkamer en een vide die we gebruikten als eetzaal. De bedden werden geregeld door Inlia en als kerk regelden wij alle overige spullen. De vrijwilligers uit onze kerk en de buurt waren enorm gedreven om de vluchtelingen een warme plek te bieden. Als we iets nodig hadden, dan deden we een oproep en was het er binnen een halfuur.

Zal je altijd zien..
Toch was het natuurlijk best even puzzelen hoe we een kerkgebouw tijdelijk geschikt konden maken voor huisvesting. Drie jaar geleden is het gebouw opgeleverd. Toen is er bijvoorbeeld gekozen om geen douche te plaatsen. Wij zeiden toen: ‘wie gaat er ooit douchen in een kerkgebouw?’. Tja, zal je altijd zien.

Qua sanitaire voorzieningen hebben we daarom een nooddouche en laten komen, die bijvoorbeeld ook bij festivals gebruikt worden. Als kerk hebben wij nagenoeg alles zelf geregeld. Dagelijks hadden we acht gastheren en gastvrouwen, een dagcoördinator en waren er vrijwilligers actief die spullen, boodschappen en kleding regelden en hadden we een speciaal gebedsteam.

Medische zorg hard nodig
Daarnaast deden we een oproep onder onze leden om een medisch team samen te stellen. Wij zijn een vrij jonge gemeente met nu ruim 1.700 leden waar ook artsen en verpleegkundigen tussen zitten. Elke avond had de medische dienst een spreekuur om 18:30 uur. Wij schrokken best wel van wat we daar aantroffen. We zagen echt dat er medische zorg nodig was, van diabetes, medicatie, wondverzorging en zelfs iemand met kanker.

Alle deuren gingen open
We hebben de crisisnoodopvang eerst voor drie weken uitgerold en uiteindelijk verlengd tot maximaal vierenhalve week. We hebben met de buurt afgesproken dat we dit tijdelijk zouden doen, dus aan die afspraak wilden we ons ook houden. Het was pittig, maar tegelijkertijd ook heel mooi. De combinatie van het samenwerken met de gemeente, met de VRU, de buurt en de mensen uit onze kerk was enorm succesvol. Binnen no time gingen letterlijk alle deuren open.

Geen vaarwel
De vluchtelingen die hier verbleven, zijn eind oktober weer weggegaan. Maar we houden zeker contact met deze mensen. Zij hebben een speciale plek bij ons gekregen en we laten ze niet zomaar los. Toen zij weggingen, hebben we huilend afscheid van elkaar genomen. Zij zeiden tegen ons: “Wij hebben zo jullie liefde voor ons gezien en ervaren. Wij zeggen daarom geen ‘vaarwel’ tegen jullie zeggen, want jullie zitten voor altijd in ons hart”. Om dat te horen, was echt heel bijzonder.”