“Het probleem is nog even groot, maar doet me veel minder”

Eén jaar geestelijke verzorging bij de VRU: in gesprek met geestelijk verzorger Leon Bal en brandweervrijwilliger Arnoud van Voorst.
Brandweervrijwilliger Arnoud van Voorst ging in gesprek met brandweercollega én geestelijk verzorger bij de VRU Leon Bal: “Het is fijn je hart te kunnen luchten bij een collega brandweerman met kennis van de menselijke geest.”
Arnoud: “Ik heb Leon leren kennen bij ons op de brandweerpost. Daar vertelde hij dat hij als geestelijk verzorger was gestart bij de VRU en dat je hem kunt benaderen als je ergens mee zit.
Brandweermensen maken soms hele heftige dingen mee en ik voelde me een beetje bezwaard om met mijn problemen bij Leon aan te kloppen. Ik had namelijk problemen in de familiesfeer, maar ik liep daar niet op vast. Ook heb ik een fijn gezin en kan goed met mijn partner praten. Toen ik Leon een mailtje stuurde heb ik er daarom ingezet dat het geen haast had. Toch nam hij al snel contact op.
We hebben elkaar vervolgens twee keer gesproken. De eerste keer zijn we samen gaan zitten en de tweede keer hebben we een wandeling gemaakt. Leon luistert vooral goed en stelt kritische vragen. Doordat hij zelf niet betrokken is bij de situatie heeft hij soms een hele andere invalshoek. Dat heeft me erg geholpen.
Leon heeft de situatie niet veranderd, maar wel de manier waarop ik het ervaar. Ik kijk nu meer naar wie ik ben en wie ik wil zijn in relatie tot de ander. De gesprekken met Leon hebben me vooral meer zelfkennis gegeven. Ik weet waarom dingen me raken en daardoor heb ik er nu meer invloed op. Het is een bepaalde persoonlijke groei die je doormaakt.
Ik ben zelf niet gelovig. De gesprekken gingen ook helemaal niet over het geloof. Het was voor mij erg laagdrempelig en gelijkwaardig, helemaal niet zwaar. Doordat je beiden brandweervrijwilliger bent heb je bepaalde aanknopingspunten en maak je makkelijk contact. De gesprekken scheppen een bepaalde band. Je leert elkaar echt kennen.
Ik vind het erg fijn dat de organisatie dit heeft. Collega’s die ergens mee zitten raad ik aan om eens met Leon te praten. Sommigen voelen misschien net als ik een bepaalde drempel omdat hun probleem niets met de brandweer te maken heeft of ze (nog) niet zijn vastgelopen. Maar ik zou hen willen zeggen, laat het niet te ver komen en trek op tijd aan de bel. Het is erg fijn als iemand van een afstandje naar de situatie kijkt. Het heeft mij in ieder geval erg geholpen.”

Leon: “Als geestelijk verzorger ben ik een betrouwbaar maatje, met verstand van de brandweer en de menselijke geest. Het gaat over het leven en over jezelf.
Een aanleiding kan bijvoorbeeld liggen in een bepaalde ambitie waarin je niet verder komt, in verdriet of in een verstoring door heftige gebeurtenissen. Vanuit mijn rol probeer ik dan rust en reflectie te bieden. Vertrouwen is daarbij heel belangrijk. Ik vertel aan leidinggevenden niets over wie ik spreek en wat er gezegd wordt.
Geestelijke zorg heeft in principe niets met het geloof te maken. Je hebt te maken met de diepste drijfveren van mensen en met het grootste verdriet. Je komt in aanraking met wie iemand echt is. Mijn eigen drijfveren en levensbeschouwing zijn voor mij wel heel belangrijk om daarbij in balans te blijven of de balans te hervinden.
Mijn kennis, ervaring en levenswijsheid neem ik daarbij natuurlijk wel mee.
Het hebben van een geestelijk verzorger bij de VRU is een pilot van twee jaar.
De VRU is een hele grote veiligheidsregio, zowel qua oppervlakte als het aantal medewerkers. We praten daarbij over 71 brandweerposten. In de vierentwintig uur per week die ik ter beschikking heb lukt het me niet om alle posten intensief te begeleiden. Daarnaast merk ik dat er ook vanuit de crisisorganisatie en andere afdelingen behoefte is.
Om het behapbaar te houden zijn voor de pilot een aantal brandweerposten geselecteerd waar ik persoonlijk ben langs geweest om de pilot toe te lichten en waar ik een intensievere band mee onderhoud. Andere collega’s die contact zoeken help ik natuurlijk ook.
De meeste mensen binnen de VRU functioneren gewoon prima en hebben bij een heftige gebeurtenis voldoende aan de steun van collega’s en familie. Ik ben er voor die paar procent van de collega’s die extra steun nodig heeft. Bij een grote organisatie als die van ons gaat het dan toch om zo’n 50 personen.
Op basis van mijn ervaringen geef ik advies aan de directie over hoe we de organisatie kunnen verbeteren, mensen beter kunnen ondersteunen en gezond kunnen houden.
Hulpverleners vragen extra aandacht. Er wordt van hen veel mentale veerkracht gevraagd vanwege de aard van het werk, maar ook privé. Het vraagt nogal wat van het gezin als een van de gezinsleden regelmatig ineens weg moet voor een uitruk.
We zijn nu een jaar bezig en ik krijg heel veel positieve reacties.
Ook binnen het directieteam is veel tevredenheid en trots over het verloop van de pilot. Het tweede jaar is dan ook vooral bedoeld om de functie goed te borgen binnen de VRU en toekomstbestendig te maken.”
