Korte brand in gemeentehuis Soest - laatste update: dinsdag 28 november 2023 - 01:06

Gerard: “Bij de Invictus Games draait het niet om medailles, maar om het behalen van je eigen doelen”

De Commandant der Strijdkrachten begroet Gerard

Gerard: “Ik heb meegedaan met het handboogschieten en rolstoelbasketbal. Bij het handboogschieten was dat een individuele discipline en in teamverband namens Nederland. Voor het rolstoelbasketbal vormden we met Duitsland een gecombineerd team. En we boekten in Düsseldorf mooie resultaten. Bij het rolstoelbasketbal zijn we vierde geworden, ondanks dat we maar een paar keer met elkaar hadden getraind. Bij het handboogschieten won ons team met een mooie derde plek een bronzen medaille.

Hoewel ik uiteraard trots ben op die prestaties, draait het bij de Invictus Games niet om de medailles, maar om het behalen van je eigen doelen. Het gaat erom dat je ertoe doet, dat je bestaat. En dat je op jouw manier werkt aan je herstel. Dat doe je daar met elkaar. Met deelnemers uit 22 verschillende landen. Ieder met een eigen verhaal.

Ik ben in 1978 als dienstplichtige in het leger opgekomen en in januari 1979 daadwerkelijk ‘paraat gesteld’. Nadat het besluit was genomen dat Nederland zou deelnemen aan de vredesmacht UNIFIL in Zuid-Libanon, kwamen er in het Bataljon veel functies vrij en deze functies werden door militairen uit het land opnieuw ingevuld. In maart van dat jaar vertrok ik voor ruim een jaar naar Libanon. Ik was toen achttien jaar oud en heb mijn negentiende verjaardag daar dus gevierd. Als militair maak je bijzondere en mooie dingen mee, maar vanwege de verschillende functies die ik in dat jaar had heb ik ook veel incidenten meegemaakt. Direct nadat ons bataljon de Fransen afwisselde, werden we regelmatig op de proef gesteld. En ook later in mijn functie als chauffeur van de Chief Operations Officer UNIFIL, ben ik bij veel incidenten betrokken geweest.

Handboogschieten tegen Roemenië
Gerard in actie (beeld Defensie)

Na ruim een jaar ben ik teruggekeerd naar Nederland, met alleen het telefoonnummer van de sociale dienst op zak. Vrij snel vond ik werk in de ICT, eerst bij KLM, daarna bij de Nederlandsche Bank en de Rabobank. In 1985 ben ik actief geworden als brandweervrijwilliger bij brandweerpost Driebergen-Rijsenburg. Ik herkende daar de kameraadschap die ik van defensie kende en zat daar op mijn plek. Bij de brandweer heb ik vervolgens ook verschillende functies vervuld, van manschap tot Officier van Dienst en ook Postcommandant.

In deze periode heb ik door de vele opleidingen, cursussen, vergaderingen, maar ook een drukke gezinssituatie, veel zaken naar de achtergrond verdrongen. Zaken uit mijn militaire dienstperiode. En in 2010/2011 begon het langzamerhand terug te komen, dit gebeurde sluimerend. Mijn repressieve taken bij de brandweer legde ik steeds meer neer. Ik hoopte dat dit rust zou brengen, maar dat gebeurde niet. Door een trigger in 2019 stortte ik compleet in en zocht ik hulp. Uit therapie bleek dat er zaken uit mijn diensttijd hardnekkig naar boven kwamen. Maar ook een aantal brandweerincidenten, met name in mijn functie als Officier van Dienst, stapelde zich daar als het ware bovenop. PTSS was de constatering, met blijvende schade.

Dit was een ontzettend moeilijke periode. Met veel ups en downs. Je diensttijd is ruim veertig jaar geleden. Al die tijd heb je gewoon in het arbeidsproces gezeten en dat raak je dan opeens kwijt. Omdat het echt niet meer gaat. En het gewoon nodig is om te herstellen. Dan begint de zoektocht naar hoe je het beste aan dit herstel kunt werken.

Al jaren geleden ben ik een keer door een veteraan uit mijn woonplaats gevraagd om een keer mee te sporten met mensen die hetzelfde meemaakten als ik. Dat heb ik toen weggewoven, dat was niks voor mij. Totdat hij het in april 2022 nog een keer vroeg. Dat sporten vond dichtbij plaats, op het Militaire Revalidatie Centrum in Doorn. Ik heb dat toen toch maar eens gedaan. En eigenlijk is het sindsdien een absolute uitlaatklep voor mij geworden. Bezig zijn met fit worden en fit blijven, door te sporten met gelijkgestemden. Dat beviel enorm. Daar leerde ik dat de veteranen die daar bij het revalidatiecentrum sporten kans hebben om geselecteerd te worden voor de Invictus Games. En dat is precies wat mij na enige tijd overkwam.

Rolstoelbasketbal met Duitse collega
Gerard doet mee met rolstoelbasketbal (beeld Defensie)

Aan de Invictus Games doen (oud) militairen mee met verschillende verwondingen, mentaal (PTSS) en/of lichamelijk zoals bijvoorbeeld enkel- of meervoudige amputaties. En iedereen ervaart het evenement anders, want ieder heeft zo z’n eigen kwetsbaarheden en ‘triggers’. Bij het rolstoelbasketballen was er bijvoorbeeld plots tot twee keer toe een harde klap in de hal te horen. Het was twee keer een klapband, maar het klinkt als wapengeluid. Dan wordt de wedstrijd ook echt even stilgelegd, want dit waren triggers voor enkele sporters. Hun incident uit het verleden kwam bij sommigen weer boven.

Woorden schieten tekort om te beschrijven hoe ik deelname aan de Invictus Games heb ervaren. Het was echt indrukwekkend, ik heb veel mensen ontmoet en er wordt veel met elkaar gedeeld. Ik heb bijzondere gesprekken gevoerd, waarbij ook veel emotie kwam kijken. Maar er worden even geen lastige of ongemakkelijke vragen gesteld. Over wat je precies hebt meegemaakt, waar je hebt gediend, dat soort vragen. Er is gewoon totaal respect voor elkaar en iedereen helpt elkaar en moedigt elkaar aan om persoonlijke en teamdoelen te behalen.

Het was goed om te ervaren dat er waardering is voor dit evenement en voor de deelnemers. Van vrienden en familie, die je tussendoor veel ziet en spreekt, maar ook breder dan dat. Zo brachten minister van Defensie Kajsa Ollongren en Commandant der Strijdkrachten Onno Eichelsheim ook een bezoek. Vanuit de VRU was ook een delegatie aanwezig, waaronder de Algemeen Directeur. Ik had hen uitgenodigd en het voelde echt als steun dat zij er ook waren om mij aan te moedigen.

Ik ben blij dat het directieteam van de VRU ook aangeeft dat de VRU steeds meer leert over een thema als PTSS en hier belang aan hecht. Want werken aan herstel is lastig. Het helpt je dus enorm als je omgeving en de organisatie waarin je werkt dat erkent en je hierin steunt.

“Het helpt je enorm als je omgeving en de organisatie waarin je werkt je steunen.”
Gerard en leden van het Directieteam van de VRU
Gerard met leden van het directieteam van de VRU